Wij zijn Nederland:
Moslima’s over Ayaan Hirsi Ali

Islamdebat  Over moslima’s en moslims is sinds de jaren negentig in Nederland een intens publiek islamdebat ontstaan. De deelnemers debatteerden over de vraag of de religie van de islam een oorzakelijke factor is bij de indertijd achterblijvende economische en culturele ontwikkeling van subgroepen migranten. Enkele politici eisten dat de integratie van nieuwkomers met harde hand zou worden aangepakt. Somalische Ayaan Hirsi Ali, destijds Tweede Kamerlid voor Integratie en Emancipatie, wordt sinds 2004 door de media bij de groep anti-islampolitici geschaard. Gemotiveerd door persoonlijke ervaringen heeft de afvallige moslima vele in haar ogen ontoelaatbare praktijken binnen de moslimgemeenschap aan de kaak gesteld. Moslima’s zouden geen mogelijkheid krijgen zich te emanciperen en bovendien blootstaan aan vrouwenmishandeling. Hirsi Ali heeft linkse politici en publicisten er van beschuldigd dat zij de onderdrukking van moslima’s gedogen.

Moslima’s  Aanvankelijk zet Ayaan Hirsi Ali zich met verve in voor de positie, het welzijn en de rechten van moslimvrouwen in Nederland. Toch voelen moslima’s zich niet door haar vertegenwoordigd. Ze zijn niet alleen uitermate kritisch over Hirsi Ali’s optreden, maar lijken haar zelfs in het geheel niet te pruimen. Hoe is dit mogelijk? Tijdens Hirsi Ali’s verblijf in Nederland lijkt zij samen met gevestigde ‘autochtonen’ de dominante orde binnen de samenleving te representeren. Moslima’s en moslims, hoewel intern zeer gevarieerd, vertegenwoordigen daarentegen de groep mensen met aanzienlijk minder overwicht. Mijn onderzoek kijkt naar de betekenis die Hirsi Ali met haar opvattingen representeert voor een scala aan moslimvrouwen. Op de knellende relatie tussen Ayaan Hirsi Ali en moslima’s lijken diverse sociologische perspectieven van toepassing.

Gevestigden en buitenstaanders  Norbert Elias en James Scott analyseren de relatie tussen kansarmen en machthebbers in hun ontwikkeling naar een andere verdeling. Elias beschrijft gevestigden als burgers die nieuwkomers een bedreiging vinden voor de heersende normen en waarden en hen vanuit een gesloten front uitsluiten van bronnen van media en macht. Elias impliceert dat verdeelde buitenstaanders zich gelaten zouden identificeren met de vele negatieve morele projecties. Als vanwege maatschappelijke ontwikkelingen de invloed van nieuwkomers toeneemt houden zij echter op de stereotyperingen van de dominante partij nog langer te accepteren. Deze groepsemancipatie brengt een tegenstigmatisering op gang.

Weapons of the Weak  James C. Scott ontdekt dat een onderdrukte groepering zich ook met de guerillatactieken van lijdzaam verzet tegen de dominante orde kan keren, zoals met treuzelarij, onoprechte inschikkelijkheid, geveinsde onwetendheid, negeren, sabotage, bittere grappen en kwaadsprekerij. Met deze Weapons of the Weak versterken sociaal miskenden, zonder ingrijpende consequenties, hun gezamenlijkheid tegenover de dominanten en houden tegelijkertijd hun eigenwaarde in tact. Bovendien bespeurt Scott strategische verborgen en publieke scripts bij de rollen die mensen inzetten in ongelijke machtssituaties. Verborgen discoursen als heimelijke samenzweringen kunnen echter uiteindelijk doorbreken en, door een omslag in het denken, naar sociale verandering leiden.

Wij versus zij-perceptie  William Gamson bespreekt het proces van opinievorming. Wanneer sociaal miskenden in processen van sociale identificatie vergelijkingen tussen groepen beginnen te trekken en aangezet door de media een ‘wij versus zij’-perceptie ontwikkelen, kunnen de vele vernederingen, die buitenstaanders in het dagelijkse leven ervaren, transformeren tot een heftige maatschappelijke verontwaardiging. Deze gezamenlijkheid in groepssolidariteit kan hun onverwachts een sociale uitweg bieden of tot sociale actie leiden.

Deel I  Ayaan Hirsi Ali in de media gaat over haar veroverde positie in het islamdebat. Gebaseerd op de uitspraken van ondermeer opinieleiders en politici laat mijn analyse de configuratie zien van opponenten en medestanders van Hirsi Ali en haar ideeën. Alhoewel zij veel meer tegenstanders heeft dan moslima’s vermoeden, blijken die onderling zeer verdeeld te zijn, in tegenstelling tot haar medestanders.

Jozias van Aartsen – Bouchra Abdellaoui – Yodit Aberra – Abdel Aziz Aboussellam – Ahmed Aboutaleb – Nebahat Albayrak – Sali Alhasani – Hedy d’Ancona – Nawal Assaadawi – Youssef Azghari – Naima Azough – K. el Bakkali – Cees Banning – Mohammed Benzakour – Kustaw Bessems – W.P.S. Bierens – J.M. Bik – Anet Bleich – Margreeth de Boer – Frits Bolkestein – Roger van Boxtel – Laurens Jan Brinkhorst – H. Buning – Simone van den Burg – Andreas Burnier – Jet Bussemaker –Paul Cliteur – Job Cohen – Marcel van Dam – Jean Dohmen – Sandra Donker – J.A.A. van Doorn – Elma Drayer – Cisca Dresselhuys – Mark Duursma – Sharon Dijksma – Hans Dijkstal – Ali Eddaoudi – Fatima Elatik – Malika Elayadi – Saïda Elhantali – Afshin Ellian – Sylvain Ephimenco – Pim Fortuyn – Halleh Ghorashi – N. Ginjaar-Maas – Theo van Gogh – Wouter Gortzak – Hans Goslinga – Janny Groen – Femke Halsema – Saïda el Hantali – Abdullah Haselhoef – Ruud van Heese – Pamela Hemelrijk – Mat Herben – Ayaan Hirsi Ali – H. Hoogerwerf – F.E. Houwink – Maarten Huygen – Fatos Ipek-Demir – Dyab Abou Jajah – Caspar Janssen – Francisco van Jole – Sjoerd de Jong – H. Jonker – Paul Kalma – Manuela Kalsky – Haci Karacaer – Farah Karimi – M. Khadir – Hikmat Mahawat Khan – Steffie Kouters – Hans Kune – Cees van der Laan – Hugo Logtenberg – Leo Lucassen – Geert Mak – Jan Marijnissen – Fatima Mernissi – Anja Meulenbelt – Shervin Nekuee – Lidy Nicolasen – Cyrille Offermans – Margriet Oostveen – Reinout Orlemans – Mohamed Ousalah – Nevin Ozutok – Huib Pellikaan – Dorien Pessers – Herman Philipse – Ronald Plasterk – Arif Potmis – Anil Ramdas – Machteld Roede – Adelheid Roosen – Jan Jaap de Ruiter – Carla Rus – Paul Scheffer – Patrick van Schie – Anton van Schijndel – Nahed Selim – Mohamed Sini – M.V.P. Slors – Neelie Smit-Kroes – Paul Steenhuis – Ed van Thijn – Ayhan Tonca – Gerda Verburg – Rita Verdonk – Jacques Wallage – Hans Wansink – Geert Wilders – Wim Willems – Leon de Winter – Wim Wirtz – Jolande Withuis – Gerrit Zalm – Joost Zwagerman

De debatspelers zijn een- of meermalig actief geweest in 256 artikelen van het Algemeen Dagblad, NRC Handelsblad, de Telegraaf, Trouw en de Volkskrant tussen 2002 en 2006.

Deel II  Ayaan Hirsi Ali onder moslima’s bekijkt via interviews welke tactieken moslimvrouwen hanteren om te tornen aan Hirsi Ali’s vermeende invloed. Het zijn deels heimelijke strategieën die ruimte scheppen voor eigen standpunten en zelf geformuleerde definities in het islamdebat.


Van Tilborgh, Y. Wij zijn Nederland: Moslima’s over Ayaan Hirsi Ali, Amsterdam, NL: Van Gennep (2006) 272 p.

Keywords: Moslimvrouwen – Ayaan Hirsi Ali – Religie versus cultuur argument – Islamdebat – Islamofobie – Weapons of the weak